Het eerste degradeert na nipte nederlaag.

Vol goede moed gingen we richting Leiden. Waarschijnlijk voor het laatst zouden we spelen in het denksportcentrum Leiden. Volkomen onverwacht is het gebouw verkocht en wordt vervangen door hoogbouw. Jammer voor de denksporten, die moeten zoeken naar een nieuwe locatie.

Wat betreft de wedstrijd stond er druk op voor zowel Philidor als ons. Philidor om uit de degradatiezorgen te komen en wij om de laatste strohalm te grijpen. Met één invaller voor Wim van Munster, die herstelt van een zware operatie, (sterkte Wim), moesten we het doen.

De start was niet veelbelovend. Binnen korte tijd keken we tegen twee punten achterstand aan, echter de rest zag er redelijk gunstig uit. Na drie uur spelen lag zelfs een kleine overwinning binnen bereik.

Snel was deze droom vervlogen en na vier uur spelen was de achterstand, met nog twee partijen aan de gang, opgelopen tot 5-3. Het maximale werd eruit gehaald. Michiel wist een moeilijk eindspel remise te keepen en Rini gaf een cursus eindspeltechniek, door het paard eindspel met een pion meer te winnen.

Met deze kleine nederlaag was de degradatie een feit.

Langs de borden:

1. Michiel Besseling tegen Bakker speelden een Konings Indiër, waarbij Michiel steeds de teugels in handen had. Hij won een pion, maar kon deze voorsprong niet vasthouden. Tot op de 33e zet het fout ging:

Met 33 Td1, waar 33 b5 volkomen gelijkspel had gegeven, ging de pion op b4 verloren en moest Michiel alle zeilen bijzetten om het eindspel te houden. Hetgeen keurig lukte.

 

2. Rini Kuijf speelde een mooie Franse Tarrasch tegen v d Zon. In het middenspel werd de dynamische stelling steeds beter voor zwart. Op zet 28 wikkelde Rini af met Db6-b5, naar Dameruil naar een gunstig eindspel. (diagram)

Wellicht was 28 Tf6-d6 sterker, maar zoals het ging, werd er torens geruid en afgewikkeld naar een gewonnen P-eindspel met een pion meer.

 

3.  Cor de Zwart en v d Marel maakte het elkaar niet moeilijk. Na 19 zetten stond het volkomen gelijk, reden om elkaar de hand te schudden.

 

4. John van Baarle had het zwaar tegen Oudshoorn. Wit had veel druk waaronder John Uiteindelijk bezweek.

John deed in deze stelling Le5-d6 en kwam na TdxTe7: LxTe7, met Dg4-e4 door de penning in een verloren eindspel terecht. Beter was geweest in plaats van Ld6, Te7-xTd7: DxTd7:DxDd7 en na Pxd7 f6. Waarna zwart minder staat maar nog had kunnen vechten.

 

5. Frans Vreugdenhil had tegen Roorda de dag van zijn leven. Ij een Franse doorschuifvariant speelde Frans het pionoffer met Ld3, wat door zwart werd aangenomen. Het kostte zwart veel bedenktijd om tegenspel te houden. Frans gooide met 17 f5! De knuppel in het hoenderhok. Zwart ging snel in de fout door op e6 met de f-pion te nemen. Binnen enkele zetten was het uit

wit maakte het na Df3: Lc6: Df7+: Kd7: Tf6: Tae8: En Dxe6 binnen enkele zetten uit.

 

6. Marc Schroeder speelde tegen Braggaar voor de verandering op 1 e4 Pc6. Hij verwachtte niet dat hij in de hoofdvariant van het Schots zou belanden. Lange tijd werd de theorie gevolgd. In het middenspel zagen beide geen kansrijke voortzetting en werd door zetherhaling remise bereikt.

Wit speelde Ke3 en Kd4, waarop Marc de toren naar b3 en b2 liet pendelen. Remise.

 

7. Henny Versteeg had Nico Kuijf, de broer van, als tegenstander. Zoals gewoonlijk, in afwijking van zijn voornemen, bood Henny na 18 zetten in goede stelling remise aan.

Na 18 Tf1-b1 werd het remise. Volgens de computer(?) heeft wit, Henny, een plus van 1,5. Er werd daarna nog lang over bridge nagepraat.

 

8. Marius Strijdhorst had zijn dag niet. In een gesloten Benoni tegen v Halderen bereikte hij weinig en vocht om het verlies van pion d6 te voorkomen. Dat lukte hem niet, waarna hij een kwaliteit er tegenaan gooide. Na 21 Le6+ had hij de vlag kunnen strijken. Nog een wonder dat hij het tot de tijdcontrole volhield. Enige studie van de Benoni zal nodig zijn

Na Le6 had hij op kunnen geven.

 

9. Joop Elderhorst achter de witte stukken wikkelde in een Hollandse partij te snel af en schatte de gevaren onvoldoende in. Zwart kreeg na 14 Pc1? Een geweldige aanval. Waar 14 La4 gelijk spel had gegeven. Nu kwam de witte koning na Lh4+ en de pionnenstorm g5 en h5 in de problemen. Na 21 zetten en materiaalverlies streek wit de vlag.

 

10. De teamleider Arthur Rongen bracht tegen van Briemen, geen familie van, een dame-Indiër op het bord. Hij kwam gedrukt te staan maar wist zich na een onnauwkeurigheid van wit los te werken. Gelet op zijn duidelijk te lage rating voor deze klasse nam hij op zet 22 van wit, in prima stelling, remise aan.

Zwart heeft na Pg3 of Pf6 duidelijk de meeste kans op een positief resultaat.

Jammer van het resultaat. We richten ons nu op het volgend jaar om de 2e klasse gezond te overleven.

Arthur Rongen (teamleider)