Pathena Rotterdam op de terugweg.
Het zou nuttig en nodig zijn de mooie uitslag tegen Groningen van de vorige ronde een goed vervolg te geven. Want Pathena Rotterdam verkeerde nog steeds in de gevaren zone. Dat is nu eenmaal gemakkelijker gezegd dan gedaan. Immers het team uit Apeldoorn is een evenwichtig team met goede spelers en hun resultaten uit de laatste ronden bevestigde dit ook.
Achter de coulissen moest dan ook veel werk verricht worden om een goed team te kunnen samenstellen. En minstens zo belangrijk is dat je regelmatig contact onderhoud met de spelers. Natuurlijk is het wel zo, dat uiteindelijk de betreffende spelers het op het bord moeten zien waar te maken.
Het beoogde resultaat werd bereikt middels een verdiende overwinning, welke met zorgvuldigheid hoger had kunnen uitvallen. Nog steeds zijn we niet in veiligheid met de Rotterdammers uit Zuid op onze hielen, maar wederom is een goede stap voorwaarts gemaakt. Op 1 April (geen grapje) wacht alweer de volgende ronde met ook deze keer een uitdaging.
Het verloop van de wedstrijd:
Het begon allemaal redelijk rustig met een aantal remises. De eerste was tussen Rini Kuijf en Sjef Rijnaarts. Rini kwam beter uit zijn vertrouwde Franse verdediging, maar gaf zijn voordeel middels een mindere zet weg. De volgende halfjes kwamen van Arthur van de Oudeweetering en Martin Martens. En optisch gezien leek de witspeler toch wel degelijk beter te staan, maar gelukkig kwam zwart nog tijdig genoeg met tegenspel en neutraliseerde de witte opzet voldoende. De derde remise op rij kwam uit de koker van de twee grootmeesters Alexander Fier en Vitaly Kunin. Een correcte gm-remise zonder al te veel spanningen. Na de bekende Grunfeld opzet, vond er een kleine schermutseling op de damevleugel plaats hetgeen resulteerde in een significante afruil, met als gevolg een gelijkwaardige stelling, waarin zwart een vrije b-pion had, maar gezien het uitgedunde materiaal daar weinig mee kon doen. Wit had voldoende tegenspel + de centrale koning en de remise werd een feit.
Daarna zoals men pleegt te zeggen, barste het echte geweld los. Roeland Pruijssers versloeg onze Robby Kevlishvili overtuigend. Ik heb wel eens de indruk dat Roeland onderschat wordt, volledig ten onrechte, want hij speelt veel beter dan zijn rating doet vermoeden. Robby speelde veel te passief en na afloop was hij ontevreden over de zet Dc1 i.p.v. het betere Pfd2. Zoals het nu ging stormden de zwarte koningspionnen naar voren en bovendien met een mooi zwart paard op f4. Toen daarna ook de zwarte stukken werden geoptimaliseerd, probeerde Robby nog met een paardoffer tegen 2 pionnen het tij te keren, maar het was gespeeld.
Vlak voor de eerste tijdcontrole werd de stand weer gelijk getrokken middels een overwinning van Dimitri Reinderman op Stefan Kuipers. Na de opening, een Siciliaanse draak, kwam de bekende thematische opstoot middels d5. In de volgende 12 zetten verdwenen alle stukken van bord, behalve de 2 torens aan beide zijden. Daarna verdwenen een paar torens, maar wit verslikte zich en verloor een pion. Resultaat een toreneindspel met op een vleugel twee verbonden pionnen tegenover elkaar en de andere 2 tegen 1. De zwarte koning wandelde naar e4, terwijl zijn witte collega noodgedwongen op de koningsvleugel geparkeerd stond en tenslotte dwong zwart tot afruil van de laatste torens en wit kon opgeven. M.i. als geheel een technische affaire door Dimitri goed afgewikkeld.
Hiermee was een tussenstand bereikt van 2 ½ – 2 ½ . Maar gezien de stand op de resterende 5 borden konden de Rotterdammers de toekomst optimistisch tegemoet zien en werd er gerekend op een 6 ½ – 3 ½ overwinning. Er werd inderdaad wel gewonnen maar het venijn zat zoals gewoonlijk in de staart.
Eerst kwam er nog een remise tot stand tussen Lubomir Ftacnik en Nico Zwirs. Voor Nico een mooi resultaat want hiermee heeft hij een IM norm gescoord en het kan nog zelfs een GM norm worden mits hij goede tegenstanders krijgt. De witspeler speelde de gehele partij behoedzaam en zorgvuldig, zodat zijn gm tegenstander feitelijk nooit echt iets dreigend had. Het middenspel was overigens wel degelijk boeiend, gezien het feit dat een aantal witte en zwarten stukken in het open veld om elkaar heen dansten en het dus voor beide spelers opletten was om niet ergens verkeerd te gaan. Toen tenslotte alle valkuilen bekwaam waren ontweken was er inmiddels praktisch geen materiaal meer overgebleven.
Daarna volgde vlot achter elkaar twee Rotterdamse overwinningen. Good old Frans Cuijpers won middels een goede partij opzet van Max Warmerdam. Na de bekende openingsrituelen pakte wit het initiatief en ging op beide vleugels op mars met de pionnen ondersteund door goed opgestelde stukken. Zwart verloor min of meer gedwongen een kwaliteit op e8 en even later een tweede op e5, zonder dat zwart hiervoor compensatie had. Op het eind moest wit nog wel even oppassen op een dolende zwarte dame welke met een naar e2 opgestoomde pion nog trachtte enige verwarring te stichten.
De volgend overwinning werd behaald door onze invaller Michiel Besseling op Alexander Kabatianski. Na een flink aantal zetten gespeeld te hebben in een van de Nimzo-Indische hoofd varianten was de stelling in evenwicht, maar toch wel iets prettiger speelbaar voor wit. De zet Lxa4 leuk mij iets te ambitieus en wit won een kwaliteit op e6 en met daarna de dameruil, kwam Michiel gewonnen te staan. Toen hij daarna ook nog eens 2 pionnen won, was de partij spoedig daarna beslist.
Door deze resultaten was een tussenstand bereikt van 3 – 5 voor Pathena. De wedstrijd leek een kat in het bakje te zijn, helaas het werd nog spannend genoeg!
Alle aandacht ging toen naar de nog laatst spelende partij tussen Tim Lammens en Johan Quist. Na een rustige opening bleef de stelling heel lang in evenwicht. Zwart had overigens nog wel een zwakke pionstructuur, maar het leek allemaal onder controle. Juist bij het bereiken van de 40ste zet dreigde het mis te gaan met zwart. Hij kwam in een toreneindspel plotseling 2 pionnen achter. Nu hebben toreneindspelen het in zich zoals Rubinstein al zei, maar zwart stond voor een opgave om dit te kunnen tegenhouden. Met e4+ kreeg de zwartspeler tegenkansen en had inmiddels een pion teruggewonnen. Beide spelers lieten een pion promoveren naar dame op respectievelijk de f- en e-lijn en dan hadden we een dame eindspel met de witspeler een g-pion. Maar voor Rotterdam eind goed al goed, want via een aantal schaakjes moesten de dames geruild worden en pakte de zwarte koning wits laatste pion.
Gedetailleerde uitslag:
Ton de Vreede 15 maart 2017